Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Hij zal u liefhebben, en zal u zegenen, en u doen vermenigvuldigen; en Hij zal zegenen de vrucht uws buiks, en de vrucht uws lands, uw koren, en uw most, en uw olie, de [10]voortzetting uwer koeien, en de kudden van uw klein vee, in het land, dat Hij aan uw vaderen gezworen heeft u te geven. 10. Of, aanwas; dat is, de vrucht.